Zaterdag 23 augustus 2025 - 21e zondag door het jaar
Lezingen uit Jesaja 66,18-21 en Lucas 13,22-30
Broeders en zusters in Christus, Vandaag leven we in een wereld die steeds meer digitaal verbonden is. We hebben iPhones, e-mails en het internet binnen handbereik. Bekende mensen, beroemdheden zeggen miljoenen volgers en vrienden te hebben. Het lijkt alsof vriendschap en verbondenheid vandaag de dag heel eenvoudig is. Met één druk op de knop kun je iemand volgen op Instagram, een vriendschapsverzoek accepteren op Facebook. Je hoeft die persoon niet eens ooit in het echt ontmoet te hebben.
Maar in de tijd van Jezus was vriend worden van iemand niet zo eenvoudig. Het betekende betrokkenheid, nabijheid, tijd geven, samen leven, er daadwerkelijk voor elkaar zijn zoals we elkaar nodig hebben. Het evangelie van vandaag maakt duidelijk dat het volgen van Jezus nog altijd geen kwestie is van één klik op een knopje, maar van een levenshouding. Het is geen statussymbool, maar een dagelijkse keuze. Jezus gebruikt in het evangelie twee beelden om ons duidelijk te maken wat het betekent om Hem werkelijk te volgen: de nauwe poort en de gesloten deur. Hij zegt ons dat wie door de nauwe poort wil binnengaan, moeite zal moeten doen. En Hij waarschuwt dat er een moment komt waarop de deur gesloten zal zijn.
Dat klinkt confronterend. Want we voelen allemaal: het is zoveel gemakkelijker om christen te zijn op papier dan om het te zijn in ons dagelijkse leven. We kunnen zeggen: "Heer, we hebben u toch gekend? We kwamen toch elke zondag naar de kerk? We hebben toch uw woord gehoord?" Maar Jezus antwoordt: "Ik ken u niet." Niet omdat Hij ons wil buitensluiten, maar omdat Hij verlangt naar een echte relatie, niet naar een oppervlakkige (gevoelloze, zakelijke) klik .
Jezus zegt: "Neem je kruis op en volg mij." Dat kruis zijn niet altijd grote dramatische dingen. Vaak zijn het de kleine dagelijkse keuzes: geduld beoefenen als we moe zijn, luisteren naar iemand die niemand hoort, een woord van hoop spreken, iemand vergeven die ons pijn deed. Het gaat om al die momenten waarop wij onszelf een beetje vergeten omwille van de ander.
Dat is de nauwe poort: niet de weg van gemakzucht, maar van liefde. Niet de brede weg van "ik eerst", maar de smalle weg van dienstbaarheid. En ja, die weg vraagt iets van ons. Het vraagt dat wij onszelf niet centraal stellen, maar God en de naaste. Het is zoals met sporten: wie wil groeien, moet trainen. De eerste keren kost het moeite, maar je merkt dat je sterker wordt naarmate je traint. Zo is het ook met geloof: wie de weg van Jezus gaat, ontdekt gaandeweg dat die weg niet alleen veeleisend is, maar ook vreugdevol en bevrijdend.
En dan die tweede beeldspraak: de gesloten deur. Jezus waarschuwt ons: er komt een dag dat het te laat is om nog te kiezen. Niet om ons angst aan te jagen, maar om ons wakker te schudden. Het leven is kostbaar en eindig. We hebben nu de tijd om de keuze voor God concreet te maken. Straks, wanneer het leven voorbij is, kan dat niet meer.
Het betekent dat we ons geloof niet alleen beleven op feestdagen, maar elke dag (op elk moment in ons leven). Niet alleen in mooie woorden, maar in daden van liefde. Het betekent dat we Jezus volgen in de gewone dingen: in ons gezin, op het werk, in hoe we omgaan met vreemden en kwetsbaren.
Beste mensen, De nauwe poort, de gesloten deur… dat zijn geen bedreigingen, maar uitnodigingen. Uitnodigingen om niet te settelen voor oppervlakkigheid, maar te kiezen voor diepgang. Om te leven vanuit liefde, trouw en gerechtigheid. En weet dit: wie die weg gaat, zal merken dat hij niet alleen gaat. Christus zelf gaat met ons mee. Hij geeft ons kracht, Hij geeft ons vreugde, Hij opent deuren die wij nooit hadden kunnen openen.
Laten we ons niet tevredenstellen met een geloof dat op afstand blijft, maar laten we kiezen voor een geloof dat handen en voeten krijgt. Zo zullen wij, door de nauwe poort, binnengaan in het leven dat werkelijk leven is. Amen.
Kapelaan Siju
_____________________________________________________________________
Zaterdag 16 augustus 2025 - Viering Maria Tenhemelopneming (hoogfeest) (Kroetwuschzegening)
Lezingen uit Apocalyps 11,19a en Lucas 1,39-56 of Jeremia 38,4-6.8-10 en Lucas 12,49-53
Hoogfeest van Maria Tenhemelopneming
Dierbare broeders en zusters, Iedereen van ons weet hoe belangrijk een moeder is. Een moeder geeft leven, zorgt, luistert, troost. Wanneer het leven moeilijk is, is het vaak de moeder bij wie we terecht kunnen. Zelfs als we volwassen zijn, blijft die band bijzonder sterk. Een moeder laat je nooit helemaal los; zij draagt je in haar hart.
Vandaag zegt de Kerk tegen ons: vergeet niet, je hebt nóg een moeder - niet alleen op aarde, maar ook in de hemel. Maria is niet zomaar een historische figuur uit de Bijbel. Zij leeft! Zij is opgenomen bij God, met lichaam en ziel, in zijn heerlijkheid. En zij blijft onze moeder.
Wat vieren we vandaag precies? Het Hoogfeest van Maria Tenhemel-
opneming. Het dogma zegt: Aan het einde van haar aardse leven heeft God Maria met lichaam en ziel opgenomen in de hemel. Waarom? Omdat Maria de eerste gelovige was. Zij is de vrouw die vol vertrouwen "ja" zei toen de engel haar Gods plan verkondigde. Zij werd de moeder van Jezus en was innig verbonden met het mysterie van onze verlossing. Haar lichaam was de plek waar Gods Zoon mens werd - dat lichaam kon niet in het graf achterblijven. God liet niet toe dat het verderf dat lichaam zou aantasten.
Maar broeders en zusters, dit feest gaat niet alleen over Maria. Het gaat ook over ons. Want wat met Maria is gebeurd, is de bestemming van ieder van ons die in Christus gelooft. Zoals zij nu leeft in de heerlijkheid van God, zo zijn ook wij geroepen tot dat leven. Maria is ons voorgegaan. Zij is een teken van hoop en vertrouwen voor ons allemaal.
Waarom is dat zo belangrijk? Omdat wij mensen soms geneigd zijn te denken dat de dood het laatste woord heeft. We zien het lijden, we zien het kwaad, we zien onze eigen kwetsbaarheid. Hoe vaak zeggen we niet: Is dit alles? Wat heeft het voor zin? Maar vandaag zegt God tegen ons: Nee, dit is niet alles. Er is meer. Er is een eeuwigheid bij Mij. Het lichaam, dat hier op aarde zoveel pijn en moeite kent, is geroepen tot heerlijkheid. Maria laat ons zien: de dood heeft niet het laatste woord. Het laatste woord is leven - leven bij God. En juist daarom zegt de Kerk vandaag: Wij hebben een moeder in de hemel. Een moeder die ons kent, die onze zorgen begrijpt, die weet hoe het is om mens te zijn. Maria was niet iemand die boven de grond zweefde; zij leefde ons gewone leven: zorgen voor een gezin, armoede kennen, verdriet meemaken. Zij stond onder het kruis en voelde de pijn van het lijden en het verlies. Juist daarom kunnen wij ons tot haar wenden. Want zij begrijpt ons.
Hoe mooi is dat beeld uit de Openbaring van Johannes, dat we vandaag hoorden: "Een vrouw, bekleed met de zon, de maan onder haar voeten, en op haar hoofd een kroon van twaalf sterren." Dat is Maria - verheerlijkt in de hemel, maar nog steeds moeder, die waakt over ons als haar kinderen. Zij kijkt op ons neer, niet om ons te veroordelen, maar om ons te helpen, om ons te leiden naar haar Zoon.
Broeders en zusters, wat betekent dit concreet voor ons leven? Allereerst: we mogen hoopvol zijn. Want onze bestemming is niet het graf, maar de hemel. Ons geloof is geen theorie; het is een belofte van eeuwig leven. Ten tweede: we mogen ons toevertrouwen aan Maria. Zij is niet ver weg, zij is dicht bij ons. In moeilijke momenten kunnen wij bidden: Maria, moeder, help ons. Maria, bid voor ons. En ten derde: we worden uitgenodigd om net als Maria "ja" te zeggen tegen God. Haar tenhemelopneming is niet alleen een voorrecht, maar ook een uitnodiging: durf jij je aan God toe te vertrouwen, ook als je zijn plan niet begrijpt?
Vandaag, op dit grote feest, mogen we dankbaar zijn. Dankbaar dat wij niet alleen op aarde moeders hebben, maar ook in de hemel een moeder die ons nooit vergeet. Laten we ons hart openen voor haar zorg en haar voorspraak, en laten we ons door haar naar Christus leiden. Amen.
Kapelaan Siju
_____________________________________________________________________
Zaterdag 9 augustus 2025 - 19e zondag door het jaar
Lezingen uit Wijsheid van Salomo 18,6-9 en Lucas 12,32-48 of 12,35-40
De gedaanteverandering van de Heer
Beste mensen, In de vakantietijd maken velen van ons een reis. Maar de vreugde die je voelt wanneer je vertrekt, is vaak niet dezelfde als die bij de terugreis. Dat heb ik zelf vaker meegemaakt. Ook afgelopen week nog, na vier weken vakantie met mijn familie in India. De heenreis was vol verwachting en blijdschap: Ik kon niet wachten om iedereen weer te zien. Maar de terugreis… ja, dat voelde toch anders. Ik dacht: Moet ik echt terug naar Nederland? Wat was het fijn met de familie. Moet ik al dat warme samenzijn nu missen? En toch wist ik: Ja, ik moet terug. Dat hoort bij het leven. Misschien herkent u dat ook uit uw eigen leven …… het afscheid nemen van een werkplek waar u zich thuis voelde, verhuizen vanwege studie of werk, of het einde van een bijzondere periode. Er zit altijd iets dubbels in: dankbaarheid voor wat je hebt meegemaakt, en tegelijk het besef dat je weer verder moet.
Precies datzelfde gevoel maken de leerlingen van Jezus vandaag mee in het Evangelie.
Jezus neemt Petrus, Jakobus en Johannes mee een hoge berg op. In de Bijbel is de berg vaak de plaats van ontmoeting met God - Denk aan Mozes op de Sinaď of Elia op de Horeb. Daar, op die hoge plaats, gebeurt iets wonderlijks: Jezus verandert voor hun ogen van gedaante. Zijn gezicht straalt als de zon, zijn kleren worden stralend wit. En dan verschijnen Mozes en Elia, in gesprek met Hem.
Petrus weet niet goed wat hij moet zeggen, maar één ding weet hij wel: Hier wil ik blijven! Hij roept: "Heer, het is goed dat wij hier zijn. Laten we drie tenten bouwen!" Met andere woorden: Laten we dit vasthouden, laten we deze plek nooit meer verlaten. Maar dat is niet wat Jezus van hen vraagt. Er klinkt een stem uit de wolk: "Dit is mijn Zoon, de geliefde. Luister naar Hem." En na dat indrukwekkende moment leidt Jezus hen weer naar beneden - terug naar de gewone wereld.
Net als de leerlingen worden wij vroeg of laat weer teruggeroepen naar het dal: naar ons werk, onze zorgen, onze dagelijkse plichten. En daar ligt juist onze roeping. De berg is een plaats van openbaring, maar het dal is de plaats van onze missie. Het is alsof God zegt: Geniet van dit moment, laat het je hart vullen, maar bewaar het niet voor jezelf. Neem het mee en deel het met anderen.
Zo ervoer ik het ook bij mijn terugreis uit India. Het warme samenzijn met familie gaf mij nieuwe energie en vreugde. Maar die moest ik meenemen naar Nederland, om diezelfde liefde en aandacht hier te tonen. Zo is het ook met ons geloof: Het is niet bedoeld om alleen op de bergtop te beleven, maar juist om in het gewone leven zichtbaar te maken.
De tenten die Petrus wilde bouwen, zijn een beeld van de verleiding om in onze eigen veilige, mooie plek te blijven. Soms willen we ons geloof beleven in beslotenheid, zonder de moeilijke wereld om ons heen. Maar Jezus zegt: kom mee naar beneden. Daar, in het dal, wachten mensen die onze liefde, ons geduld, onze aandacht en onze vergeving nodig hebben.
De stem uit de wolk zegt: "Luister naar Hem." Dat is misschien wel de kern van deze dag. Luisteren naar Jezus betekent doen wat Hij zegt: dienen, aandacht geven, vergeven, barmhartig zijn, recht doen aan de kleinen en kwetsbaren, dienstbaar zijn. Het betekent dat we ons laten vormen door het licht dat we op de berg hebben gezien, zodat we dat licht kunnen brengen in de schaduw van het dagelijks leven.
En misschien moeten we ons realiseren dat de berg en het dal bij elkaar horen. Zonder het dal zouden we de berg niet waarderen. Zonder de berg zouden we geen kracht hebben om door het dal te gaan. De leerlingen moesten eerst de glorie van Jezus zien, om Hem later te kunnen volgen op de moeilijke weg naar Jeruzalem en het kruis.
Beste mensen, misschien hebben wij deze zomer ook onze eigen "bergervaring" gehad: een moment van rust, vreugde, ontmoeting, of nieuwe inspiratie. Vandaag nodigt de Heer ons uit om die ervaring niet alleen te bewaren als een mooie herinnering, maar om er iets mee te doen.
Vraag uzelf af: Met welk licht kom ik van mijn berg af? Wat kan ik meenemen naar mijn gezin, mijn werk, mijn gemeenschap? Hoe kan ik vandaag (de ander niet uit het oog verliezen), iemand bemoedigen, vergeven of helpen, vanuit wat God mij heeft laten zien?
Zo wordt de Gedaanteverandering niet alleen een verhaal uit het verleden, maar iets dat vandaag in ons leven gebeurt. Laten we ons vullen met het Licht van Zijn aanwezigheid, en dat Licht meenemen naar de wereld beneden, waar het 't hardste nodig is. Amen.
Kapelaan Siju
_____________________________________________________________________
Zaterdag 2 augustus 2025 (Nijswiller) - 18e ZONDAG DOOR HET JAAR
Lezingen: Prediker1.2; 2,21-23; Kolossenzen 3, 1-5.9-11; Lucas 12, 13-21.
Bezit, mobiliteit, smartphone, vakantie, we kunnen niet meer zonder, Ze hangen met onze welvaart en gevoel van welzijn samen. De vakantie naar genoegen in te vullen houdt veel mensen momenteel bezig. Reisaanbieders met reclamespots gaan vooraf aan nieuwsprogramma's van de TV. Schiphol heeft zijn drukste dagen. Fijn als we de middelen en de tijd hebben om wat afstand te nemen van onze dagelijkse beslommeringen, die meestal op ons bordje liggen als we (weer) thuis zijn. Jammer kunnen we het vinden dat niet iedereen de middelen heeft om vakantie te houden. In beslag genomen door wat allemaal onze aandacht vraagt heeft menigeen de ervaring, dat niet alleen de vakantie maar heel het leven snel voorbij gaat. Betrekkelijkheid is een kenmerk van wat ons allemaal bezig - soms gevangen - houdt en ook van ons eigen bestaan.
Daar sluiten de Bijbelteksten van vandaag bij aan. Te midden van andere Bijbelboeken is het Boek Prediker, uit ons Oude Testament afdeling Geschriften, heel apart. Het is realistisch en misschien vinden sommigen het wat aan de sombere kant. 'Lucht en leegte, alles is leegte. Hij duidt daarbij op het feit, dat een mens op een gegeven moment afstand moet doen van alles waarvoor hij zich heeft ingespannen. Zijn conclusie verderop in het boek is, deel in dankbaarheid jegens God van wat het leven je biedt samen met degene van wie je houdt. Maar betrekkelijk blijft het allemaal.
Ook in de Evangelietekst van vandaag wordt gewezen op de betrekkelijkheid van het materiële bezit voor degene, die zijn leven hoofdzakelijk heeft besteed aan het verwerven ervan. Zo iemand heeft -om met de woorden van het evangelie te spreken- schatten vergaard voor zichzelf, maar is niet rijk bij God. De eerste christenen trokken ui de aanwijzingen en het gedrag van Jezus de conclusie, dat ze wat ze bezaten met elkaar dienden te delen . Jezus had zijn leerlingen al eens gevraagd hun vijf broden en twee vissen in de avonduren te delen met een hongerige mensenmenigte. Waar gedeeld werd naar de wens van Jezus geschiedde het wonder: iedereen raakte verzadigd en men hield nog over. Wetenschappers van nu hebben al laten weten, dat -bij rechtvaardige verdeling- de aarde genoeg voedsel kan opbrengen voor het huidige aantal mensen. Het delen omvat echter meer dan het materiële, zoals voedsel en kleding. Man en vrouw gaan samen, hun kinderen zijn een bewijs van hun delen van leven. Werkelijke Interesse ín en zorg vóór elkaar zijn een bewijs van delen van leven. De wijsgeer Emmanuel Levinas heeft geschreven over 'het menselijk gelaat': intuďtief weten we wanneer we een mens in het gezicht zien, dat het onze medemens is, die we niet mogen doden of bestelen; wiens integriteit we niet mogen aantasten omdat we hetzelfde leven delen. Het besef daarvan lijkt verankerd in het (ge)weten van de mens. Artsen zonder grenzen, voedselbanken, hulporganisaties, veel goede doelen komen daaruit voort. Momenteel zien we echter ook de andere kant; worden we geconfronteerd en met oorlog en geweld, manipulatie en corruptie, dus met de egoďsme-kant van ons bestaan. De bouwer van schuren in het Evangelieverhaal staat symbool voor het gevangen zijn in eigen rijkdom. Zijn perspectief is het genieten ervan voor zichzelf. Hij ziet de vluchtigheid van zijn bestaan en de betrekkelijkheid van zijn bezit over het hoofd. Hij is rijk voor zichzelf maar niet bij God. De Schriftverhalen die we vandaag beluisterden zijn duidelijk. Het leven is betrekkelijk en eindig. Laten we in dankbaarheid genieten van wat onze aarde opbrengt samen met degenen van wie we houden. Delen we van wat we hebben met onze medemensen, materieel en geestelijk, vooral met degenen, die er minder aan toe zijn dan wij. Amen
Emeritus-pastoor A. Reijnen
_____________________________________________________________________
Zaterdag 26 juli 2025 - 17e ZONDAG DOOR HET JAAR
Lezingen: Genesis 18, 20-32; Kolossenzen 2, 12-14; Lucas 11, 1-13.
Een vraag: hoe denken we over onze medemensen, dichtbij, maar wellicht ook veraf? Er zijn er wellicht heel wat die we mogen,met wie we door één deur kunnen. Maar er zijn er ook genoeg die we niet graag tegenkomen, waaraan we een hekel hebben, omdat ze ons niet liggen, of omdat ze een kwalijke rol spelen in onze klein of grote wereld. Ze boezemen ons afkeer in of angst en zijn oorzaak van onzekerheid en bezorgdheid. We hebben op hen en op wat ze doen geen invloed. Iedereen van ons kent dergelijke situatie uit eigen individuele en gezamenlijke ervaring. We vierden dit jaar bevrijding, einde van de 2e wereldoorlog (1940-1945). 'Nooit meer oorlog' was de slogan. In West-Europa konden we daar 80 jaar lang op rekenen. Momenteel lijkt die periode voorbij; weten we minder van wie we op aan kunnen, op wie we voor vrede en gerechtigheid mogen rekenen. Klaarblijkelijk zitten wij, mensen, zó in elkaar dat perioden van vrede en goede e verhoudingen met elkaar afgewisseld worden door perioden van onrust, van onbetrouwbaarheid, van oorlog en geweld, met alle gevolgen van dien. Onze mensengeschiedenis, de neutrale maar ook de godsdienstige laat dat ook zien. Er is een voortdurende spanning tussen goed en kwaad. We komen die spanning ook tegen in de verhalen uit onze H. Schrift.
De godsgetrouwe Abraham kent twee steden in zijn buurt: Sodom en Gomorra. Ze zijn van God los. Dat wordt ook zichtbaar in hoe ze met elkaar omgaan: Luid klinkt het hulpgeschrei van arme en tekort gedane mensen. Wat bij Abraham opvalt is, dat hij niet uit is op vernietiging, die vanuit God dreigt. Hij pleit tot het uiterste bij God en lijkt daarbij op een sjacheraar, die van 50 afdingt naar 10 rechtvaardigen ter plaatse. En God belooft de steden, die aan eigen kwaad ten onder dreigen te gaan, te sparen als er nog 10 rechtvaardigen te vinden zijn. Het is een staaltje van grote menslievendheid van de kant van Abraham, maar ook van zijn vertrouwen in de KRACHT VAN EEN RECHTVAARDIGE MINDERHEID Menslievendheid, zelfs t.a.v. kwaaddoeners, én vertrouwen in de kracht van rechtvaardigheid en liefde. Dat geldt nog steeds: Zelf -ook als minderheid- het goede doen, liefdevol te werk gaan kan ons kracht geven in een wereld waarin velen afstand van God hebben genomen.
Dat wordt nog ondersteund door het gebed dat Jezus ons heeft geleerd, het 'Onze Vader', dat vermeld wordt in de lezing uit het Evangelie van vandaag en dat we bidden in deze viering. Jezus vergeleek Gods goedheid met het tegemoet komen van de ene mens aan de hulpvraag van de ander. Als mensen elkaar al helpen 'Hoeveel te meer zal uw Vader in de hemel de heilige Geest geven, aan wie Hem erom vragen'.
Het gebed, dat we zo vaak bidden, telkens ook in onze vieringen - het Onze Vader - bevat de elementen die beantwoorden aan Gods Geest: het aanspreken van God als 'onze Vader', het erom vragen 'dat Gods Naam mag worden geheiligd', 'dat zíjn Rijk mag komen' en 'zíjn wil zal geschieden in de hemel en op aarde'; ook overeenkomstig Gods Geest is 'de vraag om ons dagelijks brood', d.w.z. om datgene wat we materieel nodig hebben om te leven; ook in overeenstemming met Gods Geest is 'de vraag om schuldvergeving' en dat we 'niet in bekoring geraken' en 'verlost mogen worden van het kwaad'. Het gebed bevat alles wat we nodig hebben om menselijk waardevol te leven. Het gebed geeft ons als christenen een eigen identiteit in onze wereld te midden van anderen. Mogen we het vaak bidden, ook thuis, bijvoorbeeld vóór en ná het eten. En mogen we er hoop uit putten. Amen.
Emeritus-pastoor A. Reijnen
_____________________________________________________________________
Zaterdag 19 juli 2025 - 16e zondag door het jaar
Lezingen: Genesis 18, 1-10a; Kolossenzen 1, 24-28; Lucas 10, 38-42.
Er zijn vele manieren waarop wij ons tot elkaar verhouden. Op het werk liggen de verhoudingen anders dan wanneer we in de trein zitten en onze kaartjes worden gecontroleerd. Weer anders gaat het eraan toe bij het boodschappen doen of bij een bezoek aan huis- of tandarts. Het zijn geen echte ontmoetingen. Op het werk zijn we collega's, de man in de trein gedraagt zich als conducteur, in de winkel betalen wij bij de cassičre, onze huisarts zien we vooral als deskundige op het gebied van de gezondheid. Bij een echte ontmoeting, zoals tussen vader, moeder en kinderen in gezinsverband, en tussen vrienden/vriendinnen gaat het vooral om interesse in elkaar, in de persoon die men is, om de betekenis die men voor elkaar heeft bij het delen van het leven. In de ontmoeting laat men elkaar weten, dat men 'er mag zijn'. Vriendschap en gastvrijheid doen aanvoelen, dat men elkaar respecteert, elkaar genegen is, het leven met elkaar deelt.
Welnu, om een ontmoeting gaat het ook in het geval van Abraham en de drie mannen, reizigers die voor zijn tent staan. Reizen was in die tijd riskant. (Denken we maar een het verhaal van de barmhartige Samaritaan, de vorige week, die zich ontfermde over de overvallen en berooide reiziger). Voorzieningen voor onderweg, verzekeringen waren er toen nog niet. Als er reizigers voorbij kwamen werden die met grote gastvrijheid, vorm van vriendschap in die tijd, ontvangen. Men zag de weldaden aan reizigers gedaan als aan God gedaan. De manier waarop Abraham de voorbij komende reizigers ontving laat dat dat zien: wie Abraham is en wat hij heeft deelt hij met de reizigers. De reizigers laten het bejaard echtpaar Abraham en Sara een belofte achter.
Om ontmoeting gaat het ook bij het bezoek van Jezus aan de met Hem bevriende Marta en Maria in het evangelie van Lucas. Er lijken ons in hen twee menstypen te worden voorgesteld Marta is het type van 'de werkzame vrouw', die Jezus in haar woning ontvangt en zorgt voor het huishouden; de andere is 'de bedachtzame, luisterende vrouw', die nieuwsgierig is naar wat de intussen bekende Jezus te vertellen heeft. Zij luistert. Zij heeft 'het beste deel gekozen', zegt de tekst. Bezige mensen kunnen door het verhaal teleurgesteld zijn. Doet Marta dan verkeerd? Dat wordt niet gezegd. Lucas geeft aan, dat er momenten zijn van prioriteit. Het bezoek van Jezus is zulk een moment. Het beluisteren van de Goede Tijding (Evangelie) heeft op het moment van Jezus' bezoek voorrang. De zorg voor het materiële mag even naar de achtergrond. Maar, de 'werkzame' en zorgzame Marta mogen we vanuit dit verhaal niet negatief beoordelen. Zij is zorgzaam, zij ontvangt Jezus in haar huis. In het Evangelie van Johannes, is zij het die Jezus tegemoet gaat als haar broer Lazarus gestorven is. Zij drukt haar geloof in Jezus uit door te zeggen: 'Heer, als U hier was geweest zou mijn broer niet gestorven zijn'. Marta de gelovige vrouw, die bij haar zorgzaamheid op haar manier gelovig is.
Wat leren we uit dit verhaal? Dat er momenten van prioriteit in het leven zijn, naast zorg voor het materiële ook zorg voor ons eigen innerlijk, geestelijk heil. Geen geringe klus bij alles wat we dag in dag uit te doen hebben, bij alles wat onze aandacht vraagt en bij alles wat ons gevangen kan houden. Echt 'luisteren brengt ontmoeting tot stand' met medemensen, met Jezus Christus, met God naar wiens beeld wij geschapen zijn. Prioriteit wil in dit geval zeggen: tijd vinden om te luisteren en in het luisteren de ander/Ander te ontmoeten. Mogen wij mensen zijn, die onze dagelijkse zaken behartigen, en zaken met blijvende, zelfs eeuwigheidswaarde niet vergeten. Amen
Emeritus-pastoor A. Reijnen
_____________________________________________________________________
Zaterdag 12 juli 2025 - 15e zondag door het jaar
Overweging van zondag 13-7-202 Eijs
Lezingen: Deuteronomium 30, 10-14; Kolossenzen 1, 15-20; Lucas 10, 25-37.
Naar aanleiding van wat ons dagelijks aan nieuws wordt voorgeschoteld kunnen we ons de vraag stellen: wat drijft de mensen, die ons door de TV worden voorgesteld? Wat willen ze? Waarom doen ze wat ze doen? Maar diezelfde vragen kunnen we ook onszelf stellen; Waarom doen we wat en doen zoals we doen? Worden we geleid door de reclame, die aan de TV- en Radioprogramma’s vooraf gaat? Worden we geleid door een plichtgevoel t.a.v. partner, gezin, werk? Worden we geraakt door de omstandigheden waarin we komen te verkeren? Worden we geleid door waar we zin in hebben? Zijn er momenten dat we het gevoel hebben geen keus te hebben en kunnen we niet anders dan te laten gebeuren wat gebeurt: “ ’t is neet angesj…..?” Is ons gedrag misschien een mengsel van zo juist genoemde drijfveren? We willen toch goede mensen zijn.
Het Evangelie van vandaag heeft een interessant verhaal met een belangrijke aanwijzing voor ieder die ervan hoort en dus ook voor ons. Het betreft waardevol menselijk te handelen bij uitstek. De barmhartige Samaritaan functioneert als voorbeeldfiguur. Voor Joden met hun tempel in Jeruzalem waren Samaritanen ketters, afvalligen, die zich van hen afgescheiden hadden. Ze bouwden hun eigen plek van eredienst op de Gerizim, een berg in Samaria. Waar gaat het verhaal over? Een Schriftgeleerde, kenner van de Wet van Mozes stelt Jezus de vraag naar ‘hoe goed te leven’? Jezus houdt zijn joodse toehoorders voor, dat uitgerekend een ketter zich over een berooide en gewonde reiziger ontfermt. Die man laat zich raken door de concrete omstandigheden waarin hij komt te verkeren. Zelf op reis, stopt hij en helpt en hoe: hij verbindt de gewonde, tilt hem op zijn rijdier, brengt hem naar een herberg, vraagt goed voor hem te zorgen en belooft bij terugkomst de gemaakte onkosten te vergoeden. Waarschijnlijk had de man de middelen, maar hij gebruikt ze dan toch voor een medemens in nood. De priester en de leviet, nota bene bedienaars van de tempel in Jeruzalem, kijken weg van de man en lopen met een grote boog om de gewonde reiziger heen.
Wat houdt dit verhaal in? Jezus klaagt hierin de (uiterlijke) vroomheid in zijn omgeving in die tijd aan: die staat n.l. los van effectieve naastenliefde. Waarachtig geloof en naastenliefde hangen voor Jezus onlosmakelijk samen. De echte gelovige is de Samaritaan, niet degenen die formeel dienaars zijn van de zogenaamde ware godsdienst in de tempel van Jeruzalem. Het verhaal is algemeen menselijk en bedoeld voor iedereen. Daarmee opent het de mogelijkheid voor iedereen om waarachtig godsdienstig te zijn. Iedereen kan zich laten raken door noodsituaties die hij/zij tegenkomt. Daarop ingaan brengt ons bij God.
Het verhaal doet ons de vraag stellen hoe onze eigen godsdienstig leven eruit ziet? De Samaritaan lijkt niet onbemiddeld te zijn. Hij doet wat in zijn vermogen ligt. Ons wordt daarmee gesuggereerd dat ook wij zullen doen wat in óns vermogen ligt, ook al kost het ons aandacht, tijd, moeite, materiële hulp naar vermogen. Maar wat in ieders vermogen ligt is niet voor iedereen hetzelfde. De eerste lezing uit het laatste van de vijf boeken van Mozes, samenvatting ervan en oproep tot trouw aan het Verbond met God, meent dat Gods aanwijzingen ‘niet te zwaar zijn, niet buiten ons bereik liggen, niet uit de hemel gehaald hoeven te worden maar in ons hart verankerd zijn en met onze mond kunnen worden beleden. ‘Gij kunt ze dus volbrengen’ zegt de tekst. Bidden we dat we de kracht van Gods Geest mogen ervaren, opdat we waarachtig godsdienstige mensen mogen zijn. Amen
Emeritus-pastoor A. Reijnen
_____________________________________________________________________
Zaterdag 5 juli 2025 (Nijswiller) - 14e ZONDAG DOOR HET JAAR
Lezingen: Jesaja 66, 10-14c; Galaten 6, 14-18; Lucas 10, 1-12.17-20 of 10, 1-9).
Na de hittegolf van afgelopen week zijn de temperaturen momenteel aanzienlijk omlaag gegaan en is het hittegevaar geweken. Dat is positief, ook voor het OLS zondag in 'Heytse' . De schoolvakanties zijn begonnen en dat vinden verreweg de meeste kinderen positief. Allerlei verenigingen schorten nu hun repetities en uitvoeringen op. Even wat vrij zijn van het normale ritme. Dat is positief. Zo zoeken we in deze tijd naar de dingen en gebeurtenissen die ons enigermate blij, tevreden en gelukkig kunnen maken, want van meeste overige 'nieuws' worden we niet vrolijk.
Positieve berichten klinken ook door in de Bijbelverhalen van vandaag: In het verhaal van de profeet Jesaja zijn ballingen terug mogen keren naar Jeruzalem. En wat is fijner dan dat je weer naar huis mag, naar de plaats van je voorouders; weliswaar zijn stad en tempel verwoest, maar teruggekeerd zijn de ballingen vol goede moed om die te herstellen. Bovendien vonden ze er ook hun heilige Schrift terug. Blijdschap dus en dankbaarheid; God is als een moeder voor zijn volk.
In de lezing uit het Evangelie van Lucas trekken 72 leerlingen van Jezus er twee aan twee erop uit om de mensen het Goede Nieuws van Jezus te brengen. Hun eerste wens als ze ergens aanlandden zou moeten zijn 'vrede' zijn: 'vrede aan dit huis'. 'Vrede zij u', de wens van Jezus met Pasen aan het adres van zijn leerlingen. 'Vrede zij u' de eerste wens van de nieuwe paus Leo XIV aan de wereld. Wat kun je, ook in deze tijd elkaar beter wensen dan 'vrede', momenteel de samenvatting van alle goeds? Positief dus. Maar er komt wel iets bij wat minder gunstig klinkt: Jezus zegt tegen degenen die Hij twee aan twee erop uitstuurt: zie, ik zend u als lammeren tussen de wolven. Ongetwijfeld staan ervaringen uit die tijd, m.n. van Jezus zelf, maar ook van schrijver Lucas uit de eerste eeuw op de achtergrond. Het zaad van het evangelie valt niet altijd goed, maar valt ook op rotsige bodem, tussen distels en ander verstikkend onkruid. Zo is de realiteit van het mensenleven: positieve eigenschappen of deugden als goedheid en liefde, wijsheid en rechtvaardigheid, mededogen, vergevingsgezindheid en eerlijkheid groeien niet vanzelf op, maar vragen moeite en verzorging en de wil om die op te brengen. Tegelijk dat het Evangelie ons de nodige inspiratie en ondersteuning van leven geeft, wordt ons derhalve ook de inspanning gevraagd om liefde en goedheid en daarmee het Rijk van God in onze wereld waar te maken. Wellicht spreekt ons geweten ons aan, beste mensen, als we ons bewust zijn van ons menselijk tekort, -en gelukkig als dat gebeurt-. Maar we kunnen gaan twijfelen of er wel een geweten bestaat als we zien wat mensen elkaar allemaal aandoen. Of zijn er een aantal zo afgestompt dat ze hun geweten hebben ingeruild voor gewetenloze behandeling van medemensen? Hoe al die haat, hoe al die slachtoffers, al die verwoestingen, de cyberaanvallen en het nepnieuws te verantwoorden? Met de lezingen uit de H. Schift voor ogen voor ons de opgave positief te blijven. God heeft mensen uit liefde naar zijn beeld en gelijkenis geschapen. Hij is ons tegemoet gekomen door in zijn Zoon mens te worden zoals wij en ons liefde voor te leven. Koesteren we in onszelf vredeswil, goedheid en liefde. De tekst uit het Evangelie van Lucas van vandaag eindigt positief, als het erop aankomt, als het op waarachtig leven aankomt, als we opkomen voor de waarden van het Evangelie. Dan zal -naar Jezus' woord- 'niets ons kunnen schaden'. Laten we Hem daar maar regelmatig aan herinneren. Amen.
Emeritus-pastoor A. Reijnen
_____________________________________________________________________